Hoe werken sociale woningbouw en sociale huurwoningen?

De sociale woningbouw bestaat uit woningen die worden of zijn gebouwd voor mensen met een laag inkomen. De woningen worden zonder winstoogmerk verhuurd en dit wordt vooral door woningbouwverenigingen gedaan. Zij krijgen hiervoor subsidie van de overheid, maar ze mogen niet meer staatssteun ontvangen dan noodzakelijk. In dat geval moet de vereniging terugbetalen.

Een woningbouwvereniging is een organisatie die zich richt op het bouwen van kwalitatief goede woonruimte met een betaalbare huur voor mensen met een laag inkomen. Zij hebben hierbij geen winstoogmerk. De taken van woningcorporaties zijn door de overheid vastgelegd in de Woningwet. Maar hoe is die wet ontstaan? En waar komt het idee van sociale woningbouw vandaan?

Geschiedenis van de sociale woningbouw

De sociale woningbouw gaat eigenlijk heel ver terug in de geschiedenis. In de dertiende eeuw bouwden de adel en andere mensen dit tot de elite behoorden, huizen voor de armen. Dit waren vaak hofjes, een binnentuin met daar omheen gelegen kleine woningen. Deze woningen werden vooral gebouwd vanuit het idee om iets goeds te doen voor de medemens. In die tijd werd ook geloofd dat je door goed te doen voor een ander, zo een betere plek in het hiernamaals kon krijgen.

Woningbouwvereniging  

Later kwam de woningbouw zoals we deze nu kennen op gang met de komst van de eerste woningbouwvereniging. Particulieren en andere bouwmaatschappijen startten ook met eigen initiatieven. Toch zorgden dit er niet voor dat er voldoende woningen kwamen voor de arbeiders die in de steden naar werk kwamen zoeken. Er was in die tijd sprake van woningnood en de leefomstandigheden van de arbeiders waren soms schrijnend.

De bouw van sociale huurwoningen

Door overheidsbemoeienis verbeterde de situatie. Dit gebeurde toen de Woningwet in 1902 in werking trad. Het doel van de Woningwet was om bouw en bewoning van slechte en ongezonde woningen onmogelijk te maken. Het bevorderde op die manier juist ook de bouw van goede woningen. Door de eisen aan de woningen werden er in vrijwel iedere stap en ieder dorp woningen gebouwd volgens deze wet. Lees hier alles over sociale huurwoningen en huursubsidie.

Wachttijd sociale woningbouw

Tegenwoordig hebben woningbouwverenigingen heel wat sociale huurwoningen. Toch is er tegenwoordig nog steeds sprake van een lange wachttijd. Vooral in grote steden kan dit oplopen tot twintig jaar of meer. Om die reden schrijven veel ouders hun kinderen al van jongs af aan in bij de woningbouwverenigingen. Hoe langer je ingeschreven staat, hoe groter de kans op een sociale huurwoning.

Urgentie

Sommige mensen krijgen voorrang op een sociale woning. We noemen dit een urgentieverlening. Landelijk is het zo geregeld dat in ieder geval mantelzorgers en mantelontvangers hier aanspraak op kunnen maken. Ook personen die in blijf-van-mijn-lijfhuizen verblijven hebben hier recht op.

Voorrang door gemeente

Gemeenten mogen verder zelf bepalen welke groepen zij nog meer voorrang geven. Denk bijvoorbeeld aan daklozen, mensen met jonge kinderen of mensen die hun huis uit moeten vanwege een sloop. De gemeente kan er ook voor kiezen om mensen die in een echtscheiding liggen, voorrang te geven op een sociale huurwoning. Dit kan dus in iedere gemeente anders geregeld zijn.

In aanmerking komen sociale woningbouw

Of je in aanmerking komt voor het huren van een sociale woningbouw is afhankelijk van verschillende factoren. De overheid heeft een aantal voorwaarden opgesteld. Allereerst ben je zelf verantwoordelijk om jezelf in te schrijven bij een woningbouwvereniging. Zij verdelen de sociale huurwoningen in de gemeente. Wanneer je niet weet wie dit in jouw gemeente is, kan je navraag doen bij de gemeente.

Eisen

Daarnaast heb je een huisvestingsvergunning nodig. Je moet dit aanvragen bij de gemeente. De gemeente kan hierbij eisen dat je woont, werkt of studeert in de stad waar je een sociale huurwoning wil gaan huren. De regels kunnen per gemeente verschillen. Eén andere eis is de inkomensgrens. Je inkomen mag niet te hoog zijn. Je kan op de website van de Rijksoverheid vinden waar de grens ligt.


Huurtoeslag

Ook de woningcorporatie kan eisen stellen. Dit kunnen eisen zijn op het gebied van inkomen of gezinsgrootte. Dit doen zij om een goede verdeling van de sociale huurwoningen mogelijk te maken. Wanneer je een sociale huurwoning mag gaan huren, kan je aanspraak maken op de huurtoeslag. Dit is een toeslag die je krijgt vanuit de overheid. Op de website van de Belastingdienst kan je nagaan of je in aanmerking komt voor de huurtoeslag en wat de hoogte van het bedrag is.


Verspreiding sociale woningbouw

De woningcorporaties moeten op zijn minst 80% van de vrijgekomen sociale huurwoningen toewijzen aan huishoudens in de laagste schaal van het verzamelinkomen. Het precieze verzamelinkomen om in deze schaal te vallen, wordt ieder jaar opnieuw vastgesteld door de overheid. Daarnaast mag 10% van de woningen naar woningzoekenden met een verzamelinkomen dat daarboven ligt. Nog eens 10% mag naar de hogere inkomens. Woningzoekenden met urgentie krijgen hierbij voorrang.


Wetgeving

Naast de landelijke en Europese regels die er gelden op het gebied van sociale woningbouw en huisvesting kunnen er ook aparte regels gelden per gemeente. Dit staat vastgesteld in een huisvestingsverordening. Voor meer informatie over eventuele aanvullende regels kan je terecht bij de gemeente waar je wil gaan huren.


* Aan dit artikel kunnen geen rechten worden ontleend.





----------------------- OF -----------------------

Login met email account

Email adres
Wachtwoord

Wachtwoord vergeten?

----------------------- OF -----------------------

Registreren als nieuwe gebruiker